46031 1 Korinthe 11:17-26 (zwakken, zieken en doden rondom het Heilig Avondmaal 1 van 2)
I. Voor mij persoonlijk is één van de waardevolste dingen hier op aarde het samen zijn met Geest vervulde, gelijkgezinde broeders en zusters in Christus.
A. Als ik een aantal dagen op mijn werk heb gezeten, of als ik tijd doorgebracht heb onder de ‘heidenen’ die de liefde van God niet kennen, dan verlang ik zo naar christelijke fellowship.
B. Ik verlang naar de zondagsdienst, ik verlang naar de donderdagavond, ik verlang naar het samenzijn met mensen die van elkaar houden, die elkaar willen dienen, die elkaar zien als Gods kostbare kinderen waar Jezus Christus voor gestorven is.
i. Volgens 1 Johannes 1:3 hebben wij die Jezus navolgen, gemeenschap met elkaar, met God de Vader en met Jezus.
a. En wanneer dit plaatsvindt hetzij met de hele gemeente of met zijn tweeën, dan heerst er een wederzijdse liefde en respect en is er éénheid.
ii. En dit gebeurt niet zomaar, dit is juist de bedoeling wanneer christenen samenkomen.
a. Johannes 13:34-35 – “Een nieuw gebod geef Ik u, namelijk dat u elkaar liefhebt; zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben. Hierdoor zullen allen inzien dat u Mijn discipelen bent: als u liefde onder elkaar hebt.”
b. 1 Johannes 4:7-8 – “Geliefden, laten wij elkaar liefhebben, want de liefde is uit God; en ieder die liefheeft, is uit God geboren en kent God. Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde.”
1. De onvoorwaardelijke (agapé) liefde die wij als christenen voor elkaar hebben, kenmerkt ons als echte christenen.
(i) Het is mijn voortdurende gebed en verlangen dat wij als gemeente steeds meer en meer van elkaar gaan houden zoals Jezus Christus van ons houdt.
(ii) Want daaraan zullen onze ongelovige familieleden, buren, collega’s, school- en klasgenoten e.d. zien dat wij daadwerkelijk bij Jezus horen en dat Hij echt is en dat Hij leeft.
II. Deze onvoorwaardelijke liefde onder de christenen had Paulus in gedachten toen hij het stuk schreef dat wij vanmorgen gaan behandelen.
A. Maar zoals we zullen zien, was deze liefde nergens te vinden.
Vers 17 – “Maar in wat ik nu beveel, prijs ik u niet, omdat u er, wanneer u samenkomt, niet beter, maar slechter van wordt.”
I. Paulus gaat de Korinthiërs in dit stuk iets bevelen, hij gaat hun iets opdragen. Dat houdt in dat zij zich hieraan moeten gaan houden, het is niet iets dat ze kunnen nalaten. Het is een must!
II. Waar hij de Korinthiërs in het vorig gedeelte wel kon prijzen voor een aantal dingen, zegt Paulus hier heel nadrukkelijk dat hij op dit gebied geen goed woord voor hen over heeft.
III. En dan zegt hij waarom: omdat wanneer de Korinthiërs samenkwamen, er niemand beter van werd.
A. In plaats van dat de onderlinge liefde in hun samenkomsten tot uiting kwam, in plaats van dat de mensen elkaar wilden dienen, in plaats van dat er éénheid was, was er egoïsme, zij verachtten de armen onder hen, zij bespotten en minachtten het offer van Jezus Christus en naar de ongelovige wereld toe beschaamden zij de kerk van Jezus Christus.
i. Niemand werd er beter van, zeer zeker Jezus niet!
In de verzen 18 t/m 22 legt Paulus uit wat het probleem nu eigenlijk is:
Vers 18 – “Want ten eerste hoor ik dat er als u samenkomt in de gemeente verdeeldheid onder u is, en ten dele geloof ik dat.”
I. Paulus heeft het al eerder gehad over hun verdeeldheid en riep hen op om eensgezind te zijn.
A. I Korinthe 1:10-11 – “Broeders en zusters, ik doe een beroep op u in naam van onze Heer Jezus Christus: wees allen eensgezind en vermijd partijvorming; wees één in denken en gevoelen. Want huisgenoten van Chloë hebben mij verteld, broeders en zusters, dat er verdeeldheid onder u is.” (gnb96)
II. Paulus gaf ook de oorzaak aan van hun verdeeldheid.
A. I Korinthe 3:1-3 – “En ik, broeders, kon tot u niet spreken als tot mensen die geestelijk zijn, maar als tot mensen die nog vleselijk zijn, als tot jonge kinderen in Christus. Ik heb u met melk gevoed en niet met vast voedsel, want u kon dat nog niet verdragen; ja, u kunt dat ook nu nog niet, want u bent nog vleselijk. Als er immers onder u afgunst is en ruzie en tweedracht (verdeeldheid), bent u dan niet vleselijk en wandelt u dan niet naar de mens?”
i. De oorzaak van verdeeldheid onder christenen is geestelijke onvolwassenheid oftewel vleselijkheid.
a. Dat komt tot uiting wanneer je geestelijke zaken nog steeds blijft zien vanuit je eigen menselijke oogpunt.
Vers 18 – “Want ten eerste hoor ik dat er als u samenkomt in de gemeente verdeeldheid onder u is, en ten dele geloof ik dat.”
III. Paulus zegt dat hij dit ten dele gelooft. Ik denk dat hij dit zegt, omdat hij deze berichten hoogst waarschijnlijk vanuit een bepaalde hoek meegekregen heeft.
A. Wij die al een poosje meedraaien in het leven, weten dat wanneer iemand een klacht meldt, het enigszins overdreven kan zijn.
i. Vandaar dat Paulus hen hierin het voordeel van de twijfel geeft en zegt: “ten dele geloof ik dat.”
Maar, hoe dan ook, er was verdeeldheid in de kerk in Korinthe. Wat Paulus nu in vers 19 zegt heeft mij enorm aangesproken.
Vers 19 – “Want er moeten ook afwijkingen in de leer onder u zijn, opdat wie beproefd blijken te zijn, in uw midden openbaar komen.”
I. Paulus zegt dat er “afwijkingen in de leer”, beter vertaald als “partijvorming” MOET zijn in de kerk.
A. Het moeten is dan ook echt moeten. Hetzelfde Griekse woord wordt ook gebruikt in o.a. Mattheüs 16:21 waarin staat dat Jezus naar Gods wil MOET lijden, gedood MOET worden en vervolgens uit de dood MOET opstaan teneinde de mensheid te verlossen van de zonde en de dood.
B. Paulus zegt dat partijvorming er moet zijn in de kerk. Hij zegt dat het noodzakelijk is.
i. Jezus zei in Mattheüs 18:7 – “Wee de wereld vanwege al haar struikelblokken, want het is noodzakelijk dat er struikelblokken komen;
a. Om te weten te komen hoe sterk je in je geestelijke schoenen staat, moet je regelmatig struikelen om te zien of je inderdaad als christen stand houdt of niet.
b. Als jouw christelijke bestaan van een leien dakje gaat, zal je nooit te weten komen hoe zwak of hoe sterk je daadwerkelijk bent.
Vers 19 – “Want er moeten ook afwijkingen in de leer onder u zijn, opdat wie beproefd blijken te zijn, in uw midden openbaar komen.”
II. Wat niet duidelijk naar voren komt in de Nederlandse vertaling van dit schriftgedeelte is de betekenis van het Griekse woord voor “afwijkingen in de leer”.
A. In de grondtekst gebruikt Paulus één woord dat betekent:
i. Het kiezen of een keuze gemaakt hebben, of hetgeen waarvoor gekozen wordt waardoor men een eigen mening vormt die de plaats inneemt van de waarheid van God.
a. Dit is wat Paulus bedoelt met “afwijkingen in de leer” ofwel met “partijvorming”. Dit is wat verdeeldheid brengt in de gemeente van Jezus Christus.
III. Paulus schrijft dit onder de leiding van de Heilige Geest Die zegt dat dit soort partijvorming nodig is, opdat wie beproefd blijken te zijn in hun midden geopenbaard worden.
A. De geestelijk onvolwassenheid, de vleselijke ongehoorzaamheid van degenen die partij kozen, die verdeeldheid zaaiden, haalde juist de liefde, de eenheid, de eensgezindheid en de geestelijke volwassenheid naar voren van degenen die beproefd waren.
B. Het woord beproefd werd vooral gebruikt in het smelten van goud of zilver. Het metaal dat na het smeltproces als zuiver goud of zilver overbleef was “beproefd”.
C. Hoe goddeloos en zondig het ook is, God gebruikt partijvorming in de gemeente om de waarde van Zijn beproefde kinderen te bewijzen.
i. Temidden van al het gebekvecht, geroddel en verdeeldheid zullen de beproefden zich onderscheiden. Het is net zoals tijdens het smeltproces van goud het zuivere goud zich onderscheidt van de onzuivere bestanddelen.
ii. Moeilijkheden, tegenspoed en beproevingen in de kerk creëren situaties waarin de echte geestelijke kracht, de wijsheid en leiderschap zich kunnen manifesteren.
iii. Je moet het zien als een schifting of een selectieproces.
a. Paulus schreef in 1 Thessalonicenzen 2:4 over wij die door God beproefd zijn om aan ons het Evangelie toe te vertrouwen.
b. In elke gemeenschap van gelovigen heeft God Zijn beproefde mensen aan wie Hij Zijn werk, het bouwen van Zijn gemeente, toevertrouwt.
1. Het wordt pas echt duidelijk wie deze beproefde mensen zijn, wanneer er sprake is van tegenslag en tegenspoed; wanneer dingen niet gaan zoals men had gedacht of gehoopt.
IV. Maar waar partijvorming en afwijkingen in de leer in eerste instantie behulpzaam kunnen zijn om dit onderscheid te maken tussen degenen die beproefd zijn en die niet beproefd zijn, kan verdeeldheid heel veel schade veroorzaken.
A. Partijvorming en verdeeldheid ondermijnen de liefde en de eenheid waar de gemeente van Jezus Christus bekend om hoort te staan. Daarom horen wij het absoluut niet te tolereren. Paulus instrueert de voorganger in Creta heel nadrukkelijk hierover:
i. Titus 3:10 – “Wie na twee keer te zijn terechtgewezen nog steeds verdeeldheid zaait, moet je uit de gemeente verwijderen;” (nbv)
a. Dus, ja, God gebruikt het ten goede, maar wij mogen het zeer zeker niet zijn gang laten gaan. Terug naar de tekst:
Vers 17-19 – “Maar in wat ik nu beveel, prijs ik u niet, omdat u er, wanneer u samenkomt, niet beter, maar slechter van wordt. Want ten eerste hoor ik dat er als u samenkomt in de gemeente verdeeldheid onder u is, en ten dele geloof ik dat. Want er moeten ook afwijkingen in de leer onder u zijn, opdat wie beproefd blijken te zijn, in uw midden openbaar komen.”
Vers 20 – “Zoals u nu bij elkaar samenkomt, is dat niet het eten van het Avondmaal van de Heere.”
I. M.a.w. “Jullie komen wel bij elkaar, jullie eten ook samen, jullie nuttigen ook het Heilig Avondmaal, maar wat jullie doen en hoe jullie het doen is niet hetzelfde als het Avondmaal van de Heere.” Want de Heere is nergens in terug te vinden.
II. De eerste gemeente hield regelmatig liefdemaaltijden. Dit is te vergelijken met onze hedendaagse “potlucks” waar een ieder eten meeneemt en het met de anderen deelt. Dit hebben wij een aantal keren in de bungalow gedaan.
A. Alleen aan het einde van hun maaltijd vierden zij ook het Heilig Avondmaal.
III. In de kerk in Korinthe waren de verschillen nogal groot tussen de rijken en de armen, of tussen de rijken en de slaven.
A. Waar de rijkelui zelf konden bepalen hoe laat zij naar zo’n liefdemaaltijd gingen, waren de armen en de slaven niet zo vrij. Zij moesten nog eerst een volle dag werken voordat zij vrij waren om te gaan. En dus waren de rijke mensen er al veel eerder bij.
i. Bij zo’n liefdemaaltijd was het de bedoeling dat de rijke mensen het eten meenamen om juist de armen en de slaven daarmee te zegenen. Maar kijk wat er daadwerkelijk gebeurde. . .
Vers 21 –“Want bij het eten gebruikt iedereen van tevoren al zijn eigen avondmaal en dan heeft de één honger, terwijl de ander dronken is.”
I. Hier gebeurde, dat de rijke mensen die het eten zogenaamd voor anderen meenamen, het eten zelf op aten. Het gevolg daarvan was dat de armen en de slaven die pas later konden komen, weinig tot niets te eten kregen, waardoor ze honger leden.
A. Zij waren zo egoïstisch bezig dat er niets van de liefde van Jezus in hen te zien was. Vandaar dat Paulus in vers 20 zei dat zij niet het Avondmaal van de Heere aten.
II. Daarnaast waren er zelfs mensen die te veel op hadden en dronken waren. Niets maar dan ook niets van wat deze mensen deden tijdens zo’n zogenaamde liefdemaaltijd bracht eer en glorie aan Jezus.
Vers 22 – “Hebt u dan geen huizen om er te eten en te drinken? Of minacht u de gemeente van God en beschaamt u hen die niets hebben? Wat moet ik nu tegen u zeggen? Zal ik u hierin prijzen? Ik prijs u niet.”
I. M.a.w. vroeg Paulus hun: “Als jullie jezelf niet kunnen beheersen en jezelf helemaal laten gaan, of als jullie per se dronken moeten worden, waarom doe je dat dan niet thuis?”
II. Of vinden jullie de mensen van de kerk, de gemeente zo onnozel dat jullie geen rekening houden met elkaar? Dat jullie denken dat de armen/slaven alleen maar van die “kampers” zijn.
A. De houding en de motivatie van elke christen hoort te allen tijde zuiver en oprecht te zijn, vooral wanneer gelovigen deelnemen aan het Heilig Avondmaal.
i. Bij het vieren van het Heilig Avondmaal mag er absoluut geen sprake zijn van zonde die men niet los wil laten, of bitterheid, racisme, trots, of een hoge eigendunk.
a. Het Heilig Avondmaal, althans waar het voor staat, maakt ieder persoon gelijk. De rijke en de arme. De slaaf en zijn eigenaar. De man en de vrouw. De autochtoon en de allochtoon. Iedereen is gelijk in Christus!
1. Vandaar dat Paulus temidden van zijn afkeuring de Korinthiërs terugbrengt naar de avond waarin Jezus werd verraden:
Vers 23-26 – “Want ik heb van de Heere ontvangen, wat ik u ook heb overgeleverd, dat de Heere Jezus in de nacht waarin Hij werd verraden, brood nam, en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en zei: Neem, eet, dit is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt. Doe dat tot Mijn gedachtenis. Evenzo nam Hij ook de drinkbeker, na het gebruiken van de maaltijd, en zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in Mijn bloed. Doe dat, zo dikwijls als u die drinkt, tot Mijn gedachtenis. Want zo dikwijls als u dit brood eet en deze drinkbeker drinkt, verkondig de dood van de Heere, totdat Hij komt.”
I. De sfeer en het karakter van de zogenaamde liefdemaaltijd van de Korinthiërs waren totaal anders dan de maaltijd die Jezus met de discipelen vierde.
A. Bij Jezus ging het om de instelling van het nieuwe verbond, de redding van alle mensen die willen geloven.
B. Het ging om het geheel opofferen van Zichzelf voor ons.
C. Het ging om het verraad van Judas waardoor Jezus gearresteerd en overgeleverd werd aan de Joodse Hoge Raad en vervolgens gekruisigd werd voor ons.
i. Uiteindelijk ging het bij Jezus om Gods liefde voor de mens. Het ging om liefde.
II. Jezus zei dat de discipelen dit dikwijls moesten doen tot Zijn gedachtenis. Dikwijls betekent vaak.
A. Hoe vaak staat er niet, maar wij mogen het net zo vaak doen als wij willen.
i. Hoe vaker hoe beter, want het is nodig voor ons om het offer van Jezus ons altijd voor ogen te hebben.
a. Het offer van Jezus bepaalt mijn relatie met Hem, het bepaalt mijn relatie met jullie, het houdt alles in dit leven in het juiste perspectief.
1. Het houdt mij klein en het verhoogt Jezus!
ii. En omdat wij wanneer wij het Heilig Avondmaal nuttigen, “schoon schip” maken met God, heeft het een zuiverend effect op de gemeente, dus hoe vaker hoe beter.
B. Het vieren van het Heilig Avondmaal hoort ons ook uit te laten strekken naar de komst van Jezus Christus wanneer Hij ons op komt halen. En dat heeft een zuiverend effect op de gemeente.
i. I Johannes 3:2-3 – “Ja, vrienden, wij zijn kinderen van God en kunnen ons er geen voorstelling van maken hoe het later zal zijn. Maar wij weten één ding: Als Christus komt, zullen wij zijn zoals Hij, omdat wij Hem dan zien zoals Hij werkelijk is. Leder die dit gelooft, leidt een rein leven (zuivert zichzelf) omdat Christus rein (zuiver) is.”