Mattheüs 6:5-8 – Bidden vanuit de juiste motieven
I. Wij die al een tijdje in Gods huisgezin meedraaien, weten, dat Jezus de Meester is en Zijn navolgers Zijn discipelen oftewel Zijn leerlingen.
A. Het was in Jezus’ tijd gebruikelijk, dat een Rabbijn (Joodse godsdienstleraar) een groepje leerlingen had die Hij onder zijn hoede nam en deze discipelde oftewel onderwees.
B. De groep mannen die Jezus persoonlijk had uitgekozen, onder Zijn hoede nam en onderwees, noemt de Bijbel de twaalf discipelen of de twaalf apostelen. En Jezus heeft de twaalf drie jaar lang, dag-in-en-dag-uit gediscipeld / onderwezen.
C. In de Evangeliën staat dat de discipelen ergens in het laatste levensjaar van Jezus Hem vroegen om hen iets te leren om te doen. Weten jullie wat dat is?
i. Lukas 11:1 – “En het gebeurde, toen Hij ergens aan het bidden was, dat een van Zijn discipelen tegen Hem zei, toen Hij ophield: Heere, leer ons bidden, zoals ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft.”
II. Op het eerste gezicht lijkt het mij een heel vreemd verzoek van de discipelen om Jezus te vragen om hen te leren bidden, want elke Jood van die tijd bad minstens drie keer per dag.
Psalm 55:17-18 – “17Ik zal tot God roepen en de HEERE zal mij verlossen. 18‘s Avonds, en ‘s morgens, en ‘s middags zal ik klagen en kermen, en Hij zal mijn stem horen.”
Daniël 6:11 – “Toen Daniël te weten kwam dat dit bevelschrift ondertekend was, ging hij zijn huis binnen. Nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters in de richting van Jeruzalem. Op drie tijdstippen per dag ging hij op zijn knieën, bad hij en dankte hij voor het aangezicht van zijn God, precies zoals hij voordien had gedaan.”
Handelingen 3:1 – “Petrus nu en Johannes gingen samen naar de tempel tijdens het uur van het gebed, het negende uur (15:00 uur).”
A. De Joden hadden niet alleen vaste tijden waarop zij moesten bidden, maar zij hadden ook specifieke gebeden die zij moesten bidden.
i. Bijvoorbeeld de Shma uit Deuteronomium 6 en de Shemone Esre die uit 18 delen bestaat. Zij waren verplicht deze 3x per dag te bidden.
a. Dus om Jezus te vragen of Hij hen wilde leren bidden lijkt mij op het eerste gezicht nogal vreemd.
b. Maar als wij iets dieper gaan kijken naar wat de discipelen daadwerkelijk vroegen, dan is hun verzoek helemaal niet vreemd.
III. Jezus hield Zich uiteraard aan de Joodse gebedsvoorschriften, want Hij was niet gekomen om de Wet van Mozes af te schaffen, maar om die te vervullen.
Maar Zijn discipelen hadden snel genoeg door dat Jezus Zich in Zijn gebedsleven niet liet beperken tot de verplichte gebeden die elke Jood 3x per dag moest opzeggen. En de gevolgen daarvan waren op z’n minst opvallend.
A. Jezus bad niet alleen op andere tijdstippen, maar tijdens of direct na Zijn gebeden gebeurden er dingen; hele bijzondere dingen die Zijn discipelen opvielen!
i. Markus 1:35 – “En ‘s morgens vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op, ging naar buiten en begaf Zich naar een eenzame plaats, en bad daar.”
a. Hier zien wij Jezus ver buiten de normale gebedstijden bidden. Niet alleen ver buiten hun gebedstijden van ‘s morgens, ‘s middags en ‘s avonds, maar ook ver buiten de gebedstijden van hedendaagse christenen.
1. Want wie van ons doet er moeite voor om ‘s morgens vroeg vóór zonsopgang op te staan om tijd met de Vader door te brengen?
2. Jezus deed dit, omdat Hij als geen ander weet wat gebed inhoudt. We zien in Markus 1:38 dat Jezus direct na Zijn gebedstijd uitging om in de nabijgelegen dorpen het Evangelie te verkondigen.
3. In vers 39 staat, dat Jezus inderdaad in de synagogen predikte en dat Hij demonen uitdreef.
(i) De discipelen zagen, dat Jezus veel waarde hechtte aan gebed tot de Vader. Zo veel zelfs dat Jezus nog vóór zonsopgang opstond om tot de Vader te bidden.
(ii) De discipelen zagen ook de resultaten van het gebedsleven van Jezus; Hij ontving kracht van de Vader om getuige te zijn en om demonen uit te drijven.
ii. Lukas 3:21-22 – “21En het geschiedde, toen al het volk gedoopt was, en Jezus ook gedoopt was en aan het bidden was, dat de hemel geopend werd, 22en dat de Heilige Geest op Hem neerdaalde in lichamelijke gedaante als een duif. En er kwam een stem uit de hemel die zei: U bent Mijn geliefde Zoon, in U heb Ik Mijn welbehagen!”
a. Hier zagen Zijn discipelen iets heel bijzonders gebeuren terwijl Jezus aan het bidden was.
1. Jezus is aan het bidden en de hemel wordt voor Hem geopend. Sterker nog, Hij wordt gedoopt met de Heilige Geest, én God spreekt.
iii. Lukas 5:15-16 – “15Het gerucht over Hem verspreidde zich echter des te meer en een grote menigte kwam bijeen om Hem te horen en door Hem genezen te worden van hun ziekten. 16Maar Hij vertrok naar de woestijnen en bad daar.”
a. Hier zagen Zijn discipelen Jezus de menigte uit de weg gaan, om Zich naar de woestijn terug te trekken, om daar te gaan bidden tot de Vader.
b. Wellicht vonden Zijn discipelen dit vreemd, maar kijk naar wat er hierna gebeurt.
1. Lukas 5:17 – “En het gebeurde op één van die dagen dat Hij onderwijs gaf en dat er Farizeeën en leraars van de wet zaten, die van alle dorpen van Galilea en Judea en uit Jeruzalem gekomen waren. En er was kracht van de Heere om hen te genezen.”
(i) Jezus ging wederom direct na zijn gebedstijd erop uit om het werk van God de Vader te doen.
01 In dit verhaal had Jezus een verlamde man genezen en werd tegelijkertijd geconfronteerd met de schriftgeleerden en de Farizeeën die Hem van godslastering beschuldigden.
02 Alles verliep zoals het hoorde, omdat Jezus de tijd had genomen om tot de Vader te bidden.
iv. Lukas 9:28-31 – “28Het gebeurde ongeveer acht dagen na deze woorden dat Hij Petrus en Johannes en Jakobus meenam en de berg opklom om te bidden. 29En het gebeurde terwijl Hij bad, dat de aanblik van Zijn gezicht veranderd werd en Zijn kleding blinkend wit werd. 30En zie, twee mannen spraken met Hem; het waren Mozes en Elia. 31Zij verschenen in heerlijkheid en spraken over Zijn heengaan, dat Hij zou volbrengen in Jeruzalem.”
a. Hier nodigt Jezus, Petrus, Johannes en Jakobus uit om met Hem te gaan bidden.
b. En terwijl Jezus aan het bidden was, werd Hij verheerlijkt. En als dat nog niet bijzonder genoeg was, kwamen ineens Mozes en Elia tevoorschijn.
c. Vervolgens horen zij de stem van God de Vader uit de wolk komen Die zegt: “Dit is Mijn geliefde Zoon, luister naar Hem!”
d. Al deze zeer bijzondere gebeurtenissen zijn de discipelen niet ontgaan.
e. Ik geloof, dat zij op een gegeven moment doorkregen, dat de manier waarop Jezus bad, geheel anders was dan dat zij het vanuit hun Joodse traditie geleerd hadden, én hoe zij de schriftgeleerden en de Farizeeën zagen bidden.
1. Hun vraag uit Lukas 11:1, “Heere, leer ons bidden,” is uiteindelijk dus toch niet zo vreemd.
IV. Jezus ziet het bidden als het in nauw contact staan met God de Vader, als vertrouwelijk met elkaar praten, als intiem met God de Vader spreken, als Zich één voelen met God de Vader.
A. Voor Jezus was het bidden geen moetje, het was geen ritueel, het was geen religieus, verplicht opzegversje, nee, voor Jezus was het bidden net zo levengevend als het ademen.
B. Zoals Jezus niet alleen op drie vaste tijden op een dag ademde, bad Jezus ook niet alleen op drie vaste tijden.
i. Gebed was voor Jezus een vitale verbindingslijn. Zoals een foetus in de buik van z’n moeder niet leven kan zonder dat de navelstreng hem met z’n moeder verbindt, kon Jezus niet leven zonder verbonden te zijn met God de Vader d.m.v. gebed.
a. Op een gegeven moment ontdekten de discipelen dat alles dat Jezus kon doen: het prediken van het Evangelie, het genezen van de zieken, het uitdrijven van demonen, enz. Hij kon doen vanwege Zijn gebedsleven. Op een gegeven moment legden zij die link!
Laten wij met dit als achtergrond de Schrift induiken! LEES Mattheüs 6:5-15
Vers 5 – “En wanneer u bidt, zult u niet zijn als de huichelaars; want die zijn er zeer op gesteld om in de synagogen en op de hoeken van de straten te staan bidden om door de mensen gezien te worden. Voorwaar, Ik zeg u dat zij hun loon al hebben.”
I. Zoals wij vorige keer gezien hadden, gaat het deze huichelaars er alleen maar om om gezien te worden door mensen. En dus ook bij het bidden.
A. De ochtend- en middaggebeden konden overal gebeden worden. Als je dus thuis was en het was tijd om te bidden, dan deed je dat thuis. Als je op je werk was, dan deed je dat op je werk.
B. Jezus zegt hier, dat de schriftgeleerden en de Farizeeën per se in de synagogen of op grote kruispunten stonden te bidden, zodat iedereen kon zien hoe “toegewijd” zij waren.
i. Zij hadden het zelfs zo getimed, dat zij òf in een synagoge òf op een heel druk kruispunt stonden wanneer de vaste gebedstijd aanbrak.
a. In tegenstelling tot hoe Jezus het bidden ziet, zagen deze huichelaars het bidden als een gelegenheid om zichzelf te verheerlijken. Het ging hen totaal niet om God, maar alleen om zichzelf.
Vers 6 – “Maar u, wanneer u bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader, Die in het verborgene is; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden.”
I. Hiermee geeft Jezus ons een stukje inzicht in hoe persoonlijk en hoe intiem het echte bidden is.
A. Het idee van een binnenkamer spreekt van een stuk privacy. Dus Jezus zegt hier: “ga naar die plek toe waar je de meest privacy kan krijgen om te bidden.”
B. Ik geloof niet dat Jezus hiermee zegt, dat de enige juiste manier om te bidden is wanneer men zich in een kamer opsluit en zich geheel afzondert.
i. Ik geloof wel, dat sommige gebeden gewoon heel persoonlijk zijn en dat deze gebeden niemand anders iets aangaan.
ii. En om zo’n intiem en vertrouwelijk gesprek met God de Vader aan te kunnen gaan, moet je jezelf de tijd en de gelegenheid geven om jezelf elke dag af te zonderen.
C. Het mooie van gebed is, dat ik mezelf buiten mijn tijden in mijn binnenkamer ook in een virtuele binnenkamer kan bevinden wanneer ik omringd ben door mensen.
i. Het idee van de binnenkamer is, dat je jezelf en andere mensen buitensluit. Het gaat alleen om God. En nogmaals, ik heb die tijd van afzondering nodig, maar ik kan mezelf ook afzonderen terwijl andere mensen erbij zijn.
a. Als ik hier sta en niets zeg, dan weten jullie niet waar mijn gedachten naar uitgaan.
b. Ik kan de hele dag door in het nabij zijn van anderen intieme en vertrouwelijke “schiet-gebedjes” op laten gaan tot God de Vader zonder dat iemand het in de gaten heeft.
1. Zelfs tijdens gesprekken is dit mogelijk!
(i) Dus, ja, het is belangrijk, dat wij in onze binnenkamer bidden, maar wij hoeven dat niet per se te beperken tot een specifieke plaats.
(ii) Zolang wij maar bidden zonder dat wij geëerd willen worden door mensen, zonder dat wij een reputatie willen krijgen als iemand die veel bidt.
II. Nog even een kanttekening: Wat Jezus hier zegt, is GEEN algeheel verbod om in het openbaar te bidden. Er bestaat trouwens geen verbod in de Bijbel dat wij in het openbaar mogen bidden.
A. Sommige mensen menen dat Jezus zegt, dat men alleen maar in het verborgene mag bidden. Omdat zij dit denken zullen zij niet naar een gebedssamenkomst komen, omdat je in een gebedssamenkomst in het openbaar bidt.
i. Je zult deze mensen ook niet op de zondagmorgen naar voren toe zien komen wanneer er een oproep voor gebed is. Want zij hebben het idee dat je niet gezien mag worden.
a. Maar nergens in Gods Woord wordt openbaar gebed verboden.
Vers 7 – “Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden.”
I. Jezus leert ons hier, dat het God de Vader er niet om gaat dat wij veel woorden gebruiken in onze gebeden; en vooral geen overbodige woorden.
A. In 1 Koningen 18 staat dat Gods profeet Elia 450 profeten van Baäl had uitgedaagd om aan te tonen of de God van Israël de enige echte God is of hun god, Baäl.
B. In een poging om Baäl op te laten treden riepen deze 450 profeten de hele dag door: “O Baäl, antwoord ons!”. Maar, er kwam geen antwoord.
i. Deze heidense profeten herhaalden alleen maar deze woorden in hun gebed tot Baäl en hoopten dat Baäl hen zou verhoren.
a. Maar bij onze God, God de Vader, gaat het niet om veel woorden of om het herhalen van een opzegversje.
Vers 8 – “Word dan aan hen niet gelijk, want uw Vader weet wat u nodig hebt, voordat u tot Hem bidt.”
I. God is alwetend en Hij weet als geen ander wat ik nodig heb. Hij weet als geen ander waarmee ik te maken heb; hetzij thuis of op mijn werk of op school of in onze buurt.
A. Ik hoef geen ellenlang verhaal bij God neer te leggen om Hem uit te leggen hoe dingen in elkaar zitten. Ik hoef mezelf ook niet in die zin te herhalen dat ik steeds maar hetzelfde zeg in mijn gebeden.
i. God weet alles, Hij weet waar ik door heen ga, Hij weet wat ik nodig heb, Hij kent mijn angsten, Hij kent mijn zorgen, Hij kent mijn frustraties, mijn ellende. Hij kent de verlangens van mijn hart.
ii. Ik hoef dus aan God niets uit te leggen. Ik kan het kort houden.
a. Wanneer wij in groepsverband aan het bidden zijn, moet ik soms lachen, want sommige mensen leggen in groot detail uit wat er in een situatie gaande is.
b. Ik begrijp, dat zij dit waarschijnlijk doen om de andere mensen op de hoogte te stellen van wat er gaande is, maar dan bidden zij niet meer tot de alwetende God, maar tot de mensen.
c. Ook merk ik op, dat sommige mensen wanneer zij bidden, het woord “Heer” om de zoveel woorden zeggen.
1. Begrijp me niet verkeerd, maar het is niet nodig. Wanneer ik met m’n vader in Arizona praat via Skype, dan zeg ik ook niet om de zoveel woorden “vader” of “pa”… snap je?
II. God weet dus wat wij nodig hebben voordat wij het bidden. Hij wil alleen dat wij tot Hem komen, dat wij tijd met Hem besteden, dat wij onszelf in onze gebedstijd aan Hem overgeven.
A. Er valt nog veel meer hierover te zeggen. Laten wij het volgende keer oppakken!
Studie van het Bijbelboek Mattheüs door Stan Marinussen, Calvary Chapel Haarlemmermeer: calvarychapel.nl